dinsdag 2 oktober 2012

Clara Meyer-Wichmann


Clara Wichmann
De Nederlandse anarcho-socialiste Clara Wichmann (1885 – 1922) is maar 37 jaar geworden.  Aan dat korte leven heeft zij veel betekenis weten te geven.  Dat geldt voor haar bijdragen tot het anarchisme, maar ook voor de ontwikkeling van bredere theorieën betreffende recht, straf en misdaad.
Wichmann heeft een parcours doorlopen dat haar van de burgerij tot in de kern van de revolutionaire beweging zal brengen. In de studentenbeweging neemt ze feministische standpunten in. Op de universiteit ontdekt ze het marxisme. Later, als anarchiste, blijft ze trouwens Marx op waarde schatten.  Ze voegt evenwel een merkwaardig subjectief element toe aan diens materialisme: ‘We hebben ons echter af te vragen, of dit niet een onvolledigheid in het marxisme is en het niet beter ware geweest, naast dit objectieve feit ook het subjectieve beleven te stellen.’ En verder: ‘Het verschil tussen de kommunisten en anarchisten is niet voornamelijk dat ze een ander eindideaal hebben, maar dat de weg daarheen een andere is. (…) Veel meer wordt bij de anarchisten de nadruk gelegd op alle waarden die de persoonlijkheid betreffen.’ 
De Nederlandse dichteres Henriette Roland-Holst (die ons de Nederlandse tekst van De Internationale gaf) heeft met Clara veel gepolemiseerd over die kwesties (*). Over Wichmann zei Holst uiteindelijk: ‘Dieper dan vele anderen heeft zij het sociaal-ethies tekort van het marxisme beseft en de daaruit voortvloeiende gevaren voor de praktijk aangewezen: het alles of bijna alles verwachten van de omstandigheden en, in verband hiermee, het opvatten van de verwezenlijking van het socialisme als in hoofdzaak afhankelijk van de ekonomische “vooruitgang”; de onderschatting van de betekenis der persoonlijkheid en van het persoonlijk verantwoordelijkheids-gevoel.’
Clara, die getrouwd is met de dienstweigeraar Jo Meyer (en sindsdien als Clara Meyer-Wichmann door het leven gaat), is dan ook vooral geïnteresseerd in geweldloze actie.  Daardoor komt het wellicht ook dat de atheïstische Clara in 1917 aangetrokken wordt door de Bond van Christen-Socialisten, waar ze de predikant Bart De Ligt leert kennen die zijn christendom tot in het anarchisme doortrekt.  Via die bond komt ze ook in contact met de Internationale Anti-Militaristische Vereniging die het blad ‘De wapens neder’ verspreidt. In 1919 wordt ze actief in de ‘Bond van Revolutionair-Socialistische Intellectuelen’.
In 1920 is ze medestichter van de BRAC, de Bond van Religieuze Anarcho-Communisten (kort daarna verandert de naam in Bond van Anarcho-Socialisten), waarin ze haar eigen theorie verder kan ontwikkelen: ‘Het doel moet in de middelen aanwezig zijn omdat iedere daad haar eigen gevolgen meebrengt.’
Haar opvattingen over geweldloosheid trekt ze niet zover door als haar geestesgenoot De Ligt die vanuit zijn religieuze overtuiging wel een variante op de Tolstoiaanse totale berusting lijkt na te streven.  Clara Meyer-Wichmann is ‘realistischer’.  Uiteraard, zegt ze, gaat de revolutie gepaard met een machtsovername, maar: ‘Wordt de toehoorders op vergaderingen niet telkens weer voorgehouden, dat de ontwapening der bourgeoisie alleen kan geschieden door de bewapening van het proletariaat?  Wordt de propaganda voor dat andere, veel afdoender, veel meer wezenlijk revolutionaire en zuiver proletarische strijdmiddel: de ontwapening der bourgeoisie door de chronische staking van alle fabrikage en transport van munitie, soldatenkleding, enzovoorts, niet aan de gesmade syndikalisten en anarchisten overgelaten?’
Flor Vandekerckhove

Bevrijding’ bevat een keuze uit het werk van Clara Meijer Wichmann. Het werd samengesteld door Thom Holterman en Hans Ramaer.  Er wordt geen datum van publicatie vermeld. Ik kocht het boek lang geleden op een zgn. ‘alternatieve boekenbeurs’ in Gent.
(*) In de biografie ‘Henriette Roland Holst 1869-1952’ van Elsbeth Etty (ISBN 90 254 1118 5 – Uitgeverij Contact 1996) wordt uitvoerig op die polemieken ingegaan. (ps 412-414).

Geen opmerkingen: